Oude Egyptenaren schouwden de komst van Christus

Niet ver van de plaats waar SEKEM al bijna veertig jaar haar hoofdkantoor heeft en waar vier jaar geleden de Heliopolis Universiteit voor duurzame ontwikke¬ling werd gesticht, werd bijna vijfduizend jaar geleden de tempel van Re gebouwd. In de Bijbel wordt deze plaats On genoemd. De Grieken doopten het Heliopolis, zonnestad (Arabisch: Ayn Shams). Re wordt beschouwd als de Scheppende God. Hij wordt afgebeeld met een valkenkop (symbool van het hogere zelf) en met een door een slang omsloten zon. Niet ver daar vandaan, in het stadsdeel dat nu Matareyya heet, verbleven volgens de overlevering Maria, Jozef en het Jezuskind na de vlucht voor Herodes.

Judith von Halle beschrijft in haar boekje De kerstgedachte van de Isis-Horus-mythe – over het monotheïstische oerbegrip van de Egyptische mysteriën (Amsterdam, 2015), hoe de priesters van Re in de geboorte van Horus een voorschouw van de incarnatie van Christus zagen*. Ik werd getroffen door het feit dat je op deze manier een blik krijgt op het overlopen van de ene religie in de andere, van de oude Egyptische mysteriën via het Judaisme (dat ik in deze samenvatting oversla) naar het Christendom. Deze overlopen moeten ook in andere religies te vinden zijn.

Re – Isis – Horus

Het oude Egyptische godenpantheon bestond uit driemaal drie emanaties van Re. Eén van die emanaties was Isis, zuster en vrouw van Osiris en moeder van Horus. In een ouder ontwikkelings-stadium werd Isis Hathor genoemd, dochter en vrouw van Re. Hathor en Re hadden een zoon, Harsiésis, ‘de nog verre god’. Harsiésis wordt afgebeeld als een kind met een valkenkop – een god die nog ver is. Er bestaat ook een afbeelding van Harsiésis als kind met een oog in de vorm van de zon en een oog in de vorm van de maan – de god die van de zonnesfeer onderweg is naar de maansfeer. “[Hathor] is het, die in de Egyptische godenschemering samen met de Vadergod Re en de gouden zonneschijf van het ‘Logoskind’ als trinitarisch principe uit de monotheïstische oergedachte van Egypte tevoorschijn komt. Hathor ontstond als Egyptische godheid uit dat schouwen van de oude ingewijden [van On], waarin zij het besluit van de Vadergod waarnemen, om de Zoon naar de aarde te zenden. Op het moment dat de oude ingewijden het besluit van Godvader gewaar werden Zijn Zoon naar de mensen te sturen, werd Hathor geboren uit Re.” Hathor wordt afgebeeld “met machtige koeienhorens en temidden daarvan een gouden zonneschijf. De horens lijken een soort schaal waarin de zonneschijf rust. De door Hathor aandachtig gedragen zon symboliseert de Logos, de latere Harsiésis, de nog latere Horuspersoon. Nog staat de Logos boven Isis. Het was voor de oude Egyptische ingewijden alsof hij nog zweefde boven de godheid, die eens zijn moeder zou worden.”

Langzamerhand verduistert de blik van de ingewijden van On-Heliopolis, waardoor ze de verdere geestelijke ontwikkelingsweg van Horus-Christus niet meer kunnen volgen. “Daarom vertelt de mythe dat Isis het Horuskind ten slotte naar de onderwereld brengt, naar beneden in het duistere rijk van Osiris.” Het zijn koningin Hatjsepsoet (1507-1458 vC) en nog wat later Echnaton (1350-1334 vC) die opnieuw begrip kregen van de relatie tussen Horus en de naderende Christus en het monotheïsme probeerden te herstellen.

Hendrik Jan Bakker (Vriendenkring SEKEM)

* Voor een goed begrip van het werk wordt bekendheid met het wereldbeeld van Rudolf Steiner verondersteld.

De afbeelding toont Re, Hathor, Isis met de jonge Horus, Horus

Geef een reactie